Trots op successen en honger naar meer

2022 was een bewogen jaar voor Belgambu en bij uitbreiding voor de hele sector. Het was het jaar met het meeste ledenoverleg, twaalf maanden lang hard werk achter de schermen en enkele mooie resultaten. Met positieve signalen voor de toekomst bovendien. “Onze nieuwe Vlaamse minister, Crevits, kent haar dossier, stelt pertinente vragen en neemt echt de tijd. Hopelijk kunnen we dit jaar op hetzelfde elan verder.”

Het afgelopen jaar stonden heel wat vergaderingen en overlegmomenten op de agenda van Belgambu. Onder meer rond de tarieven van het patiëntenvervoer zijn belangrijke stappen gezet. “Als beroepsorganisatie maakten we onder meer heel wat berekeningen en simulaties. Het cijferklavier van mijn laptop is ervan afgesleten”, grapt Belgambu-voorzitter Kenneth Arkesteyn. “Het tarief per rit georganiseerd via de mutualiteiten is gestegen en daar zijn we blij om. Al stellen we ons nog grote vragen bij bepaalde parameters die zullen meespelen in de verdeling van de ritten”, vult ondervoorzitter Erwin Vanden Eynden aan. “Zo duwt het nieuwe kader van de overheidsopdrachten van Mutas en i-mens naar een 24/7 permanentie van de vervoersorganisaties. Wie bijvoorbeeld in het weekend geen permanentie heeft, zal in de week minder ritten krijgen. We vrezen dat dit vooral op de kleinere organisaties een negatieve impact zal hebben. Uiteraard zullen we het nauwgezet opvolgen, monitoren en de belangen van elk Belgambu-lid blijven verdedigen.”

Belgambu op de barricades

Nooit eerder in de bijna tienjarige geschiedenis van Belgambu waren er zoveel overlegmomenten met de leden. Dat was nodig om in alle openheid te blijven onderhandelen ten voordele van de sector en de vervoersorganisaties. “De stem van elk lid was daarbij belangrijk”, benadrukt Kenneth. “We gaan voluit voor de sector en de patiënten, niet voor specifieke leden. Het maakt niet uit hoe groot of klein een lid is. We willen verder als een inclusieve organisatie door het leven gaan. Het is een van onze grote sterktes.”

Met de Duurzaamheidsdagen stond voor het eerst ook een actie op de agenda, een weloverwogen beslissing om effectief op de barricades te gaan staan. Ondervoorzitter Thom Cleymans legt uit: “We kregen van leden al vaker de vraag om actie te voeren. Dat hebben we bewust afgehouden, zodat het een krachtig wapen was toen we het echt nodig hadden. De Duurzaamheidsdagen waren een ernstige en noodzakelijke actie. Met effect bovendien. Er zijn vijf parlementaire vragen van evenveel politieke partijen uit voortgevloeid. Het is andermaal bewezen dat we duidelijk slagkracht hebben als beroepsorganisatie.”

Evolutie in elk gewest

Ook in Brussel en Wallonië is de sector in beweging. Brussel nam een trage start, maar is stilaan op kruissnelheid en is aan een ware inhaalrace begonnen wat de regelgeving en normeringen betreft. Mede onder impuls van Belgambu zitten ondertussen ook de ziekenwagendiensten actief in de ‘Groupe de travail TMS’ in Wallonië samen rond de tafel. “De bevoegde minister hebben we alvast een stevige basis gegeven, met negen concrete voorstellen (zie kaderstuk). Er is namelijk nog veel werk aan de winkel”, zegt ondervoorzitter Bruno De Meue . “Daarbij vergeten we de patiënten niet, momenteel worden te veel lege kilometers doorgerekend aan de patiënt en zijn er te weinig (legale) hefbomen om voor elke patiënt kwaliteitsvol patiëntenvervoer te garanderen.”

In het hele land zijn nog tal van aandachts- en pijnpunten. Genoeg werk op de plank dus. Zo zijn er nog steeds verschillen in tarieven voor het niet-dringend patiëntenvervoer tussen regio’s, tussen de terugbetalingen van de mutualiteiten en zelfs binnen dezelfde mutualiteit afhankelijk van de woonplaats van een patiënt. Erwin vervolledigt: “Speciale aandacht zal er in 2023 gaan naar de regelgeving over intermediaire ziekenwagens en ook voor de eventhulpverlening nemen we een concreet initiatief met het opstarten van een werkgroep, we zijn alvast blij dat het Croix-Rouge de Belgique hiervan het co-voorzitterschap op zich neemt”.

“Of wat dacht je van de uitbreiding van het ongelijke speelveld binnen de dringende medische hulpverlening door de extra middelen die hulpverleningszones krijgen van steden en gemeenten? Al zijn er ook lichtpuntjes natuurlijk”, geeft voorzitter Kenneth Arkesteyn nog mee. “Zo heeft minister Vandenbroucke een verhoging van de subsidies aangekondigd. Die zal ons toelaten extra personeelsleden aan te trekken en verder te professionaliseren. Een mooie stap in de goede richting.”


9 voorstellen voor het niet-dringend patiëntenvervoer in Wallonië

Ook in Franstalig België ijvert Belgambu voor kwalitatief patiëntenvervoer en een werkbare sector voor de vervoersorganisaties. Daarom maakte ze 9 voorstellen voor het niet-dringend patiëntenvervoer over aan Waals minister Morréale. Bam vat ze kort voor je samen.

  1. Het patiëntenvervoer dient een integraal onderdeel te zijn van het zorgcontinuüm en gaat verder dan een mobiliteitsprobleem. Daarom moet het anders benaderd worden dan personenvervoer.
  2. Niet-dringend patiëntenvervoer dient uitgevoerd te worden door ambulanciers niet-dringend patiëntenvervoer.
  3. Niet-dringend patiëntenvervoer dient dezelfde kwalitatieve zorg te bieden aan elke patiënt, ongeacht het voertuig waarin deze vervoerd wordt.
  4. De externe kenmerken van de voertuigen voor niet-dringend patiëntenvervoer dienen uniform te zijn en herkenbaar voor het grote publiek.
  5. Er is nood aan minimumnormen voor de dienstkleding voor medewerkers actief in het niet-dringend patiëntenvervoer.
  6. De kwaliteit voor patiënten moet op elk moment gegarandeerd zijn en blijven.
  7. Er is nood aan investeringen zowel in mensen als in middelen, zoals een AED aan boord van elk voertuig voor niet-dringend patiëntenvervoer.
  8. Voertuigen van het niet-dringend patiëntenvervoer mogen gebruik maken van de taxi- en busbanen.
  9. Economisch haalbare tarieven dragen bij tot een blijvende betaalbare toegang tot de zorg, voor elke patiënt.